Taaie vraagstukken

Plezier beleven aan taaie vraagstukken. Dat is de titel van het proefschrift waarop mijn collega Hans Vermaak aan de UvA met lof is gepromoveerd. Terwijl ik naar zijn verdediging zat te luisteren, dacht ik dat die titel eigenlijk een mooie aansporing voor programmamanagers is. De opgave van veel programma’s, of dat nu veranderingsprogramma’s dan wel beleidsprogramma’s zijn, is gewoon taai. Vermaak geeft als kenmerken daarvan: complex, waar mensen mee worstelen en wat ze zwaar op de maag ligt. Het opmerkelijke ervan in mijn ogen is dat veel vraagstukken ook door mensen taai gemaakt worden. De kracht van de programmamanager is dat zij er zichtbaar plezier in heeft om het taaie vraagstuk aan te pakken.

Krachttaal

Het taai maken doen mensen doordat ze extra lang wachten met iets doen, door veel andere mensen erbij te halen en door veel krachttaal te bezigen. Voorbeelden van krachttaal: “taken glashelder beleggen”, “integraal aanpakken”, “klant gerichte organisatiestructuur” en “alle projecten in control”. Deze terminologie suggereert een grote mate van maakbaarheid van organisaties en delen van de maatschappij. Daarmee worden programma’s groot en veelomvattend, is mijn interpretatie. Dat maakt taaie vraagstukken, dat zullen veel programmamanagers herkennen.

Vermaak heeft in zijn zes jaar durend onderzoek bij Nederlandse ambassades mechanismen geidentificeerd waarmee medewerkers vergelijkbare taaie vraagstukken hebben benaderd. Dat is gemakkelijk opgeschreven, maar het heeft veel geduld, vasthoudendheid en precisie gevergd. Zijn proefschrift beslaat ruim 600 pagina’s en ik heb nog geen gelegenheid gehad die te lezen. Ik geef een enkele impressie van de gedachtenwisseling tussen Vermaak en de promotiecommissie.

Niet groot, maar diep

Een bevinding waar zeker programmamanagers wat mee kunnen, is de valkuil alles groot te maken. Vermaak pleit voor diepte: wees selectief in wat je aanpakt maar doe dat dan echt goed. “Er is geen rechte lijn van A naar B. Zie de opgave als een serie danspassen.” Vergelijkbaar met de metafoor van de blinde gids beveelt Vermaak kleine stapjes aan in een wat kleinere omgeving. Totale vernieuwing van de gehele organisatie zal onmogelijk zijn, kleine stukjes ervan of alleen een paar individuen lukt wel.

Desalniettemin waarschuwt Vermaak voor doorslaan naar de andere kant. Zijn bevindingen zouden eigenlijk een algemene waarschuwing moeten bevatten: teveel vernieuwende inventies/maatregelen kunnen ook schadelijk zijn voor de gezondheid. Van mensen en van organisaties. De belangrijkste boodschap blijft dat de programmamanager plezier moet uitstralen, want zo alleen kan zij vasthoudendheid en betrokkenheid opbrengen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.