Ruimte voor een programma

Gisteren een levendige en leerzame bijeenkomst bijgewoond over de bescherming en ontwikkeling van rivieroevers.

Je praat hier over een mogelijk programma van een waterschap, tien gemeenten, een provincie en rijkswaterstaat. Mij viel in de eerste plaats op hoe groot de ruimte is om van deze opgave een programma te maken. Of je dat uiteindelijk doet is afhankelijk van de wensen van alle participanten.

Prima conditie voor programma

Allereerst de ruimte: een bestuurder van het waterschap heeft onomwonden aangegeven dat allerlei projecten die nodig zijn, eind 2020 gerealiseerd moeten zijn. Hij wil nu eens vaart maken na vele jaren van onderzoeken en delibereren. Hij heeft een programmamanager ingehuurd die op zijn beurt een consortium van twee adviesbureaus met veel deskundigen en projectleiders voor langere tijd aan de opgave heeft verbonden. Dit consortium is geselecteerd omdat zij goede ideeën hadden en hebben laten zien dat zij over de vaardigheden beschikten die het waterschap nodig heeft: in de offerteaanvraag geen concrete plannen voor de uitvoering eisen, omdat er een te grote onzekerheid bestaat over de exacte feiten en meningen. Samenwerken staat voor de initiatiefnemer hoger in het vaandel dan een exacte gedetailleerde opdracht die de opdrachtgever ondertekent en waarmee de opdrachtnemer op weg gaat. Mijns inziens een prima conditie om een goed programma op te zetten.

Goed bezinnen vóór beginnen

Waarom dan eigenlijk een programma? De haast die de bestuurder wil, werkt niet goed voor een programma. Ik denk dan eerder aan een bundel projecten die sowieso uitgevoerd moeten worden. Geen extra tijdverlies in het met alle betrokkenen een ambitie en bijpassende doelen verzinnen, maar meteen aan de slag met de projecten en goed beheersen op tijd, geld en kwaliteit. Geen afleidingen. Echter tijdens de discussie die hierop volgde, bleken de projecten toch allerlei effecten te hebben op andere delen van de rivier. Bovendien zouden betrokkenen vele keren geconfronteerd  worden met verschillende projecten. Daarnaast bestaat nog het risico dat als een dijk eenmaal opgehoogd is, je een paar jaar later tot de conclusie komt dat deze beter op een andere plek aangelegd had kunnen worden. Kortom, toch maar eerst goed bezinnen voordat je gaat beginnen. Dus een programma.

25.000 belanghebbenden

In dit programma is één van de meest opvallende zaken het aantal belanghebbenden: maar liefst 25.000 huishoudens. Dat is des te ingewikkelder omdat de onzekerheden in het gebied groot zijn. Daarom heeft de programmamanager van het waterschap in de eerste fase de nadruk gelegd op verkenningen: inhoudelijke kwesties, op zoek naar de belangen en standpunten van belanghebbenden, bestuurlijke issues en de relatie met andere programma’s zoals het Deltaprogramma en het Hoogwater Beschermingsprogramma. Pas daarna kan er enigszins gepland worden en is realisatie aan de orde. De eerste stappen op weg naar betrokkenheid van de belanghebbenden zijn gezet: op één lokatie is een ontwerpsessie met bewoners gehouden. Daarmee zijn verwachtingen geschapen. Je komt er nu niet onderuit om over een proces na te denken waarbij je met veel belanghebbenden een ambitie voor het programma gaat formuleren. Dat is een forse klus die bij verschillende bestuurders de wenkbrauwen zal doen fronsen. Maar als je serieus met belanghebbenden omgaat en tevens wilt aansluiten bij de nieuwe Omgevingswet, zou dit een aantrekkelijk vooruitzicht zijn.

Uitvoering ook door lijnmanagers

Bestuurlijk zijn gemeenten, provincie, rijkswaterstaat en waterschap al in een stuurgroep verenigd. Daar zal de beslissing over deze aanpak genomen moeten worden. De programmamanager zal opdrachtgever worden voor de meeste projecten. Andere activiteiten in het programma kan je het beste in uitvoering geven aan lijnmanagers. Dat is van belang om te zorgen voor commitment aan de doelen van het programma, zeker als je nog een intern doel hebt zoals een vergrote professionaliteit van het waterschap, zodat allerlei nieuwe werkwijzen en inzichten die het programma zal opleveren, verankerd raken in de lijnorganisatie. Het gevaar is immers groot dat alle kennis naar de markt vloeit met het vertrek van externen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.