De interessegroep programmamanagement heeft 11 juni met Erik Booden van het Erasmus Medisch Centrum gediscussieerd. Na afloop heb ik de deelnemers de vraag gesteld welke competenties van de programmamanager aan het begin van het programma van Erik doorslaggevend waren: het analyseren, ordenen en structureren van de opgave en het communiceren met de stakeholders komen daarbij als de meest genoemde naar voren.
Dat is zeer begrijpelijk. Erik heeft een verhaal verteld waaruit duidelijk bleek hoe groot en omvangrijk de vraag was die hij in het begin kreeg. Het leek op een bezuinigingsopdracht. Maar omdat al heel snel doelen al patiĆ«ntveiligheid, minder werkdruk, en een beter imago naar voren werden geschoven, moest er erg veel creativiteit en tact ingezet worden om alle doelen te verenigen.Spreker en aanwezigen waren het er wel over eens dat de grootste valkuil is, een gedetailleerd plan met allerlei acties met termijnen en kwaliteitseisen door de Raad van bestuur laten goedkeuren en vervolgens “uitrollen”. Dat is in de praktijk wel gebeurd, maar al snel moest de programmamanager daar van af zien.
In plaats van grip en controle uit te stralen moet de programmamanager het vertrouwen zien te winnen van de betreffende afdelingen. Vragen stellen in plaats van antwoorden geven is van belang. Wat betreft de business case stelde een van de deelnemers dat het alsmaar doorrekenen in spreadsheets van benefits niet zinvol meer is. Het blijft tenslotte altijd gaan om verwachte of voorspelde benefits. Doorslaggevend is dat de opdrachtgever en programmamanager vooral het geloof in het ontstaan van de benefits uitstralen, zonder daarbij de schijnzekerheid te hebben van getallen met drie cijfers achter de komma.